Thuiswerkvergoeding
Vergoeding voor de thuiswerkkosten. Nieuw per 2022.
Vanaf 2022 geldt een nieuwe
gerichte vrijstelling voor extra kosten die verbonden zijn aan het thuiswerken.
Deze gerichte vrijstelling komt naast de al bestaande gerichte vrijstellingen
voor het onbelast vergoeden, verstrekken en ter beschikking stellen van, onder
andere, noodzakelijke gereedschappen, ICT-middelen en arbovoorzieningen.
De gerichte vrijstelling bedraagt in 2023 € 2,15 per thuisgewerkte dag. Dit
bedrag is bedoeld voor de extra kosten voor water- en elektriciteitsgebruik, verwarming,
koffie, thee en toiletpapier en is gebaseerd op onderzoek verricht door het
Nibud. U kunt de vrijstelling ook toepassen als een werknemer slechts een deel
van de dag thuiswerkt.
U mag voor eenzelfde werkdag niet tegelijkertijd de vrijstelling voor
thuiswerkkosten en de vrijstelling voor reizen naar een vaste plaats van
werkzaamheden toepassen. Dit is wel mogelijk als de werknemer op een dag deels
thuiswerkt en een zakelijke reis niet zijnde woon-werkverkeer (dienstreis)
maakt. Er is in ieder geval sprake van een vaste plaats van werkzaamheden als
een werknemer meer dan 40 dagen per kalenderjaar op dezelfde plek werkt.
De tussen u en uw werknemer gemaakte
afspraken over het aantal thuiswerkdagen kunnen de basis vormen voor de
vaststelling van de door u onbelast te vergoeden kosten voor zowel de reizen
voor woon-werkverkeer als het thuiswerken door de werknemer. Een incidentele
afwijking hiervan hoeft niet te leiden tot een aanpassing van de vergoeding.
Dat volgt uit de 128-dagenregeling. Dit wil zeggen dat in geval uw werknemer
128 dagen thuiswerkt, u uw werknemer een vaste onbelaste vergoeding voor
thuiswerkkosten mag geven alsof de werknemer 214 dagen per kalenderjaar thuis
werkt.
In de volgende situaties moet u het aantal werkdagen (214) en thuiswerkdagen
(128) naar evenredigheid toepassen:
• Uw werknemer werkt op minder dan 5 dagen per week thuis.
• De dienstbetrekking begint of eindigt in de loop van het kalenderjaar. In de
volgende situaties dient u de vergoeding tijdsgelang te herrekenen:
• U start of stopt gedurende het kalenderjaar met de vergoeding.
• De grondslag voor de berekening van de vergoeding wijzigt in het
kalenderjaar.
Als de werknemer de beschikking heeft over een OV-chipkaart, OV-abonnement,
auto of fiets van de zaak of ander vervoer vanwege de werkgever en hier
daadwerkelijk gebruik van maakt voor een reis naar een vaste plaats van
werkzaamheden, is samenloop met de gerichte vrijstelling voor thuiswerkkosten
voor die dagen niet mogelijk.
Voorbeeld 1 Thuiswerkvergoeding
via de Praktische regeling
Anton werkt 5 dagen per week. Hij werkt 2 dagen thuis en
gaat 3 dagen naar kantoor (enkele reisafstand 20 km.)
Reiskostenvergoeding
per maand: 3/5e x 214 dagen = 129 dagen
129 dagen x (40 km. x € 0,21) /12 = € 90,30
Thuiswerkkostenvergoeding per maand: 2/5e x 214 dagen = 85,6 dagen; (85,6 dagen
x € 2,15) / 12 = € 15,34.
Voorbeeld 2 Thuiswerkvergoeding via de Praktische regeling
Bouchra werkt 4 dagen per week. Zij werkt 2 dagen thuis en 2
dagen op kantoor (enkele reisafstand 12 km.)
Reiskostenvergoeding
per maand: 2/5e x 214 dagen = 85,6 dagen
85,6 dagen x (24 km. x € 0,21) / 12 = € 35,95
Thuiswerkkostenvergoeding per maand: 2/5e x 214 dagen = 85,6 dagen; (85,6 dagen
x € 2,15) / 12 = € 15,34.